Keer op keer vinden we Mitzvot die meer dan eens genoemd worden.
Als Hashem alle Mitzvot slechts eenmaal had genoemd, zou de Torah veel korter zijn geweest.
Wat we ontdekken is dat elke keer dat een mitswa wordt herhaald, de presentatie net even anders is. Er is wat wij noemen, een ‘Chiddush’ – iets nieuws. Iets nieuws om een nieuwe dimensie toe te voegen aan de uitvoering van die mitswa.
Een mooi voorbeeld hiervan staat in de eerste twee paragrafen van het Shema.
In Parashat Va’etchanan lezen we de eerste en in de daaropvolgende week Parasha van Eikev lezen we de tweede.
We ontdekken dat in deze twee Parshiot verschillende Mitzvot worden herhaald: Hashem liefhebben, studeren en de Thora onderwijzen, Tefillin dragen en de mitswa van Mezoeza. U zult echter merken dat er een aanzienlijk verschil is.
De eerste keer staat het Shema in het enkelvoud.
“V’Ahavta – Jij moet op je eigen persoonlijke manier Hashem liefhebben.”
“B’Shivtecha B’Veitecha – Wanneer je in je huis bent, moet je de Torah bestuderen en onderwijzen.”
“Al Mezuzot Beitecha – Op de deurposten van je huis zou je een Mezoeza moeten hebben.”
Deze zelfde Mitzvot in de tweede paragraaf van de Shema zijn echter allemaal in het meervoud. De boodschap is dat we een dubbele verantwoordelijkheid hebben.
Men moet Hashem liefhebben.
En Hashem liefhebben betekent dat we andere mensen in staat moeten stellen om te onderkennen hoe de liefde van Hasjem hun leven kan verbeteren. Door mijn liefde voor Hasjem zou ik ‘Mekadesh Shem Shamayim’ moeten zijn om Gods naam te heiligen door bekend te staan als een persoon, die een band heeft met de Almachtige, om altijd een verantwoordelijk leven te leiden.
Dus waar ik ook ga en wat ik ook doe, ik zal een fijne ambassadeur zijn voor mijn Schepper en mijn mensen.
Met betrekking tot de studie van de Torah bijvoorbeeld, als ik eenmaal weet hoe ik de waarde van de Torah in mijn leven kan onderkennen, heb ik de verantwoordelijkheid om ervoor te zorgen dat er formele en informele faciliteiten voor de studie van Torah beschikbaar zullen zijn voor anderen. Ik zou Joodse scholen en alle onderwijskansen moeten ondersteunen.
Op dezelfde manier, met betrekking tot Mezoeza. In Israël zijn er prachtige goede doelen, bekend als ‘Gemachs’, die Mezuzot uitlenen. Zie je, wanneer we in de diaspora leven, wanneer je een nieuw huis binnengaat, krijg je een periode van dertig dagen genade totdat je Mezuzot op je deuren moet hebben. Dat komt omdat je tot die tijd een tijdelijke bewoner in huis bent. Het wordt pas ‘Beitecha – je huis’, als je daar een maand hebt gewoond.
In Israël bestaat er echter niet zoiets als een Joodse persoon die daar tijdelijk verblijft. Israël is ons permanente thuis. Dus, als je eenmaal bent verhuisd naar je nieuwe flat of thuis, temidden van het tumult van alle koffers en dozen, moet je je Mezuzot hebben voor de eerste nacht waarin je daar slaapt. En daarom zijn er prachtige goede doelen die Mezuzot lenen. Deze liefdadigheidsinstellingen vervullen de mitswa, in de tweede alinea van de Sjema, om anderen in staat te stellen de mitswa te verrichten.
Daarom leren we, vanuit de twee alinea’s van het Shema, niet alleen een les met betrekking tot deze specifieke Mitzvot, het is ook les over de gehele Thora.
Het is les voor ons gedurende ons hele leven. Ik leef voor mezelf, maar tegelijkertijd moet ik ook leven voor de Joodse mensen om me heen als ook voor elke andere persoon op aarde.