Hoofdstuk 12: Israël in de wildernis

Sommige geleerden beweren dat Openbaring alleen gebeurtenissen beschrijft die zouden plaatsvinden nadat Openbaring werd (ergens tussen 68-95 CE) geschreven. Dit argument is gebaseerd op Openbaring 1:1, dat zegt dat Openbaring gebeurtenissen beschrijft die “binnenkort” zouden plaatsvinden.

Hitgalut (Openbaring) 1:1
“Openbaring van Yeshua HaMashiach, die Elohim Hem gegeven heeft om Zijn dienstknechten te laten zien wat spoedig moet geschieden, en die Hij door Zijn engel gezonden en aan Zijn dienstknecht Johannes te kennen heeft gegeven.”

Maar hoewel de meeste van de gebeurtenissen uit Openbaring duidelijk spreken over dingen die vanaf dan moeten gaan plaatsvinden nadat het werd gepubliceerd, lijkt het ook zeer waarschijnlijk dat de “inzet” hoofdstukken kunnen verwijzen naar zaken die plaatsvonden voordat Openbaring werd geschreven en wij zijn ervan overtuigd dat Openbaring hoofdstuk 12 verwijst naar bepaalde gebeurtenissen in het verleden.

Hoofdstuk 12 begint met een groot drama dat zich afspeelt tussen een vrouw, haar kind, en een draak (waarvan vers 9 zegt dat het Satan is). De meeste geleerden zijn het erover eens dat de vrouw Israël vertegenwoordigt, haar Zoon is Yeshua, en de krans van 12 sterren op haar hoofd vertegenwoordigt de 12 stammen.

Hitgalut (Openbaring) 12:1
“En er verscheen een groot teken in de hemel: een vrouw, bekleed met de zon, en de maan was onder haar voeten en op haar hoofd een kroon van twaalf sterren.”

Wat is de symboliek? Psalm 119 zegt dat het woord van JHWH een lamp voor onze voet is en een licht voor ons pad.

Tehilliem (Psalmen) 119:105
“Uw woord is een lamp voor mijn voet en een licht op mijn pad.”

Spreuken vertelt ons ook dat het gebod een lamp is, en de Torah een licht voor ons pad.

Mishle (Spreuken) 6:23
“Want een gebod is een lamp, en onderricht is een licht, bestraffingen en vermaning zijn de weg van het leven,”

Maleachi vertelt ons ook dat Yeshua is de “Zon der gerechtigheid” (misschien omdat Zijn Geest werpt zoveel geestelijk licht op ons pad).

Mal’achi (Maleachi) 4:2a
“Maar voor u die Mijn Naam vreest, zal de Zon der gerechtigheid opgaan en onder Zijn vleugels zal genezing zijn;”

Als we wandelen in het licht van de Thora, is het alsof we lopen door het licht van de maan. We kunnen het pad zien, maar lang niet zo goed als wanneer we wandelen in het licht van de zon (de Geest van Yeshua). Als het goed is, is de vrouw (die Israël is; gerelateerd aan Miriam) die de weg van de Tora (gesymboliseerd door de maan) wandelt, bekleed met het licht van de Geest van Yeshua. Haar 12 kinderen (de 12 stammen) zijn een krans om haar hoofd.

Vervolgens lijken de verzen 2-4 te spreken van de geboorte van Yeshua, waarna ze worden vervolgd door de draak (Satan), en vervolgens naar een door JHWH voorbereidde plaats wordt gebracht.

Hitgalut (Openbaring) 12:2-6
“En zij was zwanger en schreeuwde het uit in barensnood en in haar pijn om te baren. En er verscheen een ander teken in de hemel. En zie: een grote vuurrode draak met zeven koppen en tien horens. En op zijn koppen zeven diademen. En zijn staart veegde het derde deel van de sterren van de hemel en wierp die op de aarde. En de draak stond voor de vrouw, die op het punt stond te baren, om haar Kind te verslinden, zodra zij Het gebaard zou hebben. En zij baarde een Zoon, een mannelijk Kind, dat alle heidenvolken zal hoeden met een ijzeren staf. En haar Kind werd weggerukt naar God en naar Zijn troon. En de vrouw vluchtte naar de woestijn, waar zij een plaats had, die door God voor haar gereedgemaakt was, opdat men haar daar zou voeden twaalfhonderdzestig dagen.”

Degenen die zeggen dat dit een toekomst profetie is zeggen dat het “kind” in vers 5 niet Yeshua is, maar dat het spreekt van een toekomstige geboorte van “verlost Israël” (dat zal worden opgenomen in de hemel in een opname tijdens de verdrukking) , terwijl de vrouw (die voor “niet-verlost Israël” zou staan) zal worden weggenomen naar een “veilige plaats” voor een periode van 1260 dagen (3,5 jaar). In deze visie zijn er geen inzet hoofdstukken, maar is Openbaring geheel en al chronologisch. Deze visie laat echter veel onopgeloste problemen achter die we hier zullen bespreken.

Bijvoorbeeld, Daniel 12:11-12 zegt dat er 1290 dagen zijn vanaf het moment dat het dagelijks offer wordt weggenomen en de gruwel der verwoesting wordt opgericht (in het midden van de verdrukking), tot een bepaald punt in de tijd. Echter, logischerwijs, om de dagelijkse offers weg te nemen (waardoor de gruwel der verwoesting kan worden ingesteld) moet eerst de tempel worden opgezet en moeten dagelijkse offers zijn ingesteld. Dit is halverwege de verdrukking wanneer de tijd van benauwdheid voor Jakob begint (en het markeert ook de start van de bediening van de twee getuigen).

Vanaf het moment dat het dagelijks offer wordt gestaakt en een gruwel der verwoesting is ingesteld, zal het 3,5 jaar duren (1260 dagen) tot het einde van de verdrukking komt. Op dit punt, 1260 dagen (3,5 jaar) later, zijn er slechts 30 dagen over van de oorspronkelijke 1290 dagen (zoals 1290 – 1260 = 30 resterende dagen).

Daniël 12:11-12
“Van de tijd af dat het steeds terugkerende offer weggenomen zal worden en de verwoestende gruwel opgesteld zal zijn, zijn het duizend tweehonderdnegentig dagen. Welzalig is hij die blijft verwachten en duizend driehonderdvijfendertig dagen bereikt.”

Vers 12 zegt dat gezegend is hij die aan de 1335 dagen komt. Dat komt omdat vanaf het moment dat de gruwel der verwoesting wordt opgericht (halverwege de verdrukking) tot aan de bruiloft 1335 dagen zitten. Dit is slechts 75 dagen na het einde van de verdrukking (dus 1,335 – 1,290 = 75 dagen). Als er ooit een tijd is dat we hier op aarde willen zijn dan is dat de bruiloft, en toch ironisch genoeg brengt de theorie van de “plaats van veiligheid” Israël weg net na de zevende trompet, ongeveer 75 dagen voor de bruiloft plaatsvindt, zodat ze de bruiloft missen! Zelfs als iemand op de een of andere manier de data van de opname van “verlost Israël” kan aanpassen aan de bruiloft, moeten ze nog steeds na 1260 dagen vertrekken, en terugkomen naar de aarde (in plaats van met Yeshua te verblijven in de hemel).

Maar de hele gedachte dat de uitverkorenen zouden worden opgenomen tijdens de verdrukking gaat in de eerste plaats tegen de woorden van Yeshua in, want Hij vertelt ons dat de verdrukking zal worden ingekort omwille van de uitverkorenen. Dit vertelt ons dat de uitverkorenen hier op aarde zullen blijven tijdens de verdrukking, want als de uitverkorenen in de hemel waren, is er geen enkele redden voor het verkorten van de verdrukking omwille van hen.

Mattityahu (Mattheüs) 24:22
“En als die dagen niet ingekort werden, zou er geen vlees behouden worden; maar ter wille van de uitverkorenen zullen die dagen ingekort worden.”

Verder; zoals we zagen in het vorige hoofdstuk zal de hemelse rechter (onder verwijzing naar Daniël 7:26-27,) zitten en rechtspreken over Babylon bij de zevende trompet. Nadat dit tribunaal heft plaatsgevonden zal het koninkrijk en de heerschappij worden weggenomen van Babel, en zal worden gegeven aan de heiligen. De “veilige plek” theorie maakt dit echter onmogelijk, omdat de heiligen allemaal verborgen zijn in de hemel!

Daniël 7:26-27
“Daarna zal het gerechtshof zitting houden: men zal hem zijn heerschappij ontnemen, hem verdelgen en volledig {volledig-Letterlijk: tot het einde. } vernietigen. Maar het koningschap en de heerschappij en de grootheid van de koninkrijken onder heel de hemel zullen gegeven worden aan het volk van de heiligen van de Allerhoogste. Zijn koninkrijk zal een eeuwig koninkrijk zijn, en alles wat heerschappij heeft, zal Hem eren en gehoorzamen.”

Verder kan het koninkrijk theoretisch niet aan het “onverloste Israël” worden gegeven, want niet alleen zijn ze niet vrijgekocht, maar ze zijn net voor 3,5 jaar ondergedoken in een “plaats van veiligheid”.

Al deze dingen samen vertellen ons dat hoofdstuk 12 niet behoort tot een reguliere tijdlijn, maar dat het een “inzet” in de tijdlijn is, waarvan het doel moet zijn om ons meer achtergrondinformatie te geven, waardoor we meer gevoel voor het werkelijke gebeuren kunnen krijgen.

Wat is dan de historische betekenis van vers 6? In een andere studie leggen we uit hoe Daniël 7 spreekt van een historische “tijd, tijden en een halve tijd” (d.w.z., 3,5 jaar) waarin de heiligen in de hand van de kleine hoorn werden gegeven (dat wil zeggen, van de kerk).

Daniël 7:25
“Woorden tegen de Allerhoogste zal hij spreken, de heiligen van de Allerhoogste zal hij te gronde richten. Hij zal erop uit zijn  bepaalde tijden en de wet te veranderen, en zij zullen in zijn hand worden overgegeven voor een tijd, tijden en een halve tijd.”

In een studie van Nazarene Israël kunt u uitgelegd vinden hoe macht van de bisschop van Rome langzaam aan toenam in de loop van drie eeuwen, en begon ook steeds grotere macht en invloed begon te krijgen over wereldwijde vergaderingen. Ook wordt daar uitgelegd hoe zijn gezag werd gesteund door de Romeinse militaire macht na keizer Constantijn’s bekering tot het christendom in 311 CE, en vooral na de vorming van de rooms-katholieke dogma’s, te beginnen vanaf het Concilie van Nicea in 325, tot ongeveer 330. Na die tijd begon Rome iedereen te vervolgen die hun edicten negeerde ten gunste van het vasthouden aan de Schrift. Er is discussie over de exacte data, maar de protestantse Engelse marine won een beslissende overwinning op de Spaanse Armada in 1588, en maakte de Engels protestanten vrij van hun angst voor katholieke overheersing.

1,588 – 1,260 = 328 na Chr. ≈ 325 – 330 na Chr.

Het is niet de bedoeling om de exacte data aan te wijzen, maar om uit te leggen wat er gebeurt in spirituele zin. (De data en de duur van de Babylonische ballingschap zijn ook niet exact.) We geloven dat Openbaring 12:6 spreekt van de tijd tussen het moment waarop de Romeinse overheersing over het volk van JHWH begon (circa 325-330 CE), tot het moment waarop de Protestantse mensen onder de angst voor Roomse militaire heerschappij (circa 1588) uit kwamen.

Maar als deze interpretatie juist is, en hoofdstuk 12 geeft ons inderdaad historische informatie, wat is dan de in Openbaring 12:3 genoemde draak?

Hitgalut (Openbaring) 12:2-6
“En zij was zwanger en schreeuwde het uit in barensnood en in haar pijn om te baren. En er verscheen een ander teken in de hemel. En zie: een grote vuurrode draak met zeven koppen en tien horens. En op zijn koppen zeven diademen. En zijn staart veegde het derde deel van de sterren van de hemel en wierp die op de aarde. En de draak stond voor de vrouw, die op het punt stond te baren, om haar Kind te verslinden, zodra zij Het gebaard zou hebben. En zij baarde een Zoon, een mannelijk Kind, dat alle heidenvolken zal hoeden met een ijzeren staf. En haar Kind werd weggerukt naar Elohim en naar Zijn troon. En de vrouw vluchtte naar de woestijn, waar zij een plaats had, die door Elohim voor haar gereedgemaakt was, opdat men haar daar zou voeden twaalfhonderdzestig dagen.”

Het heidense Rome gebruikte een rode of paarse draak op hun banieren (een zogenaamde “draco”), terwijl de militaire eenheden vaak adelaars op hun vlag, of op hun vlaggenstok plaatsten.

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

De adelaar staat symbool voor de Assyrische demon Nisroc, wiens symbool een adelaar (te vergelijken met het Hebreeuwse woord “Nesher” [נשר], wat ook “adelaar” betekent) was. Dit symbool is gebruikt om republieken in Romeinse stijl te symboliseren door heel de geschiedenis. Zo gebruikte Nazi-Duitsland bijvoorbeeld een adelaar in hun symboliek, net als de Amerikanen nu nog steeds doen. Deze symbolen zijn echt niet onschuldig.

 

 

 

 

 

 

 

 

In de Schrift (en vooral in profeteren), worden veel dingen symbolisch aangeduid bijvoorbeeld met een tweesnijdend zwaard. Eerder toonden we aan dat het witte paard “overwinnende en om te overwinnen” uitging.

Hitgalut (Openbaring) 6:2
“En ik zag en zie, een wit paard, en Hij Die erop zat, had een boog. En Hem was een kroon gegeven en Hij trok uit, overwinnend en om te overwinnen.”

Rome, het Heilige Roomse Rijk, Nazi-Duitsland, Groot-Brittannië en Amerika zijn allemaal Romeinse stijl imperialistische en koloniale machten. Elk van hen is op zijn eigen manier “overwinnende en om te overwinnen” uitgegaan. Dit is een functie van het witte paard. Maar terwijl het witte paard uitging om te veroveren (militair, economisch en geestelijk), zijn gelovigen ver van Rome in staat geweest om aan de greep van de Romeinse dogma’s te ontkomen. In eerdere jaren waren de Waldensers en de Vaudois in staat om zich nauwgezet aan de Schrift te houden, mede vanwege hun fysieke afstand van Rome. In latere jaren was het mogelijk voor protestantse Noord-Europese landen om uit de macht van Rome te breken, niet alleen vanwege de militaire macht, maar ook omwille van hun fysieke afstand. Dit is hetzelfde als hoe de vrouw vluchtte naar de “woestijn”, waar ze werd verzorgt gedurende 1260 dagen / jaar.

Verder lezen we over een oorlog in de hemel, waarin de draak wordt geïdentificeerd als de satan, en hij naar de aarde wordt geworpen.

Hitgalut (Openbaring) 12:7-12
“Toen brak er oorlog uit in de hemel: Michaël en zijn engelen voerden oorlog tegen de draak, ook de draak en zijn engelen voerden oorlog. Maar zij waren niet sterk genoeg, en hun plaats werd in de hemel niet meer gevonden. En de grote draak werd neergeworpen, namelijk de oude slang, die duivel en satan genoemd wordt, die de hele wereld misleidt. Hij werd neergeworpen op de aarde en zijn engelen werden met hem neergeworpen. En ik hoorde een luide stem in de hemel zeggen: Nu is gekomen de zaligheid, de kracht en het koninkrijk van onze Elohim en de macht van Zijn Mashiach, want de aanklager van onze broeders, die hen dag en nacht aanklaagde voor onze Elohim, is neergeworpen. En zij hebben hem overwonnen door het bloed van het Lam en door het woord van hun getuigenis, en zij hebben hun leven niet liefgehad tot in de dood. Daarom, verblijd u, hemelen, en u die daarin woont! Wee hun die de aarde en de zee bewonen, want de duivel is naar beneden gekomen, naar u toe, in grote woede, omdat hij weet dat hij nog maar weinig tijd heeft.”

Veel commentatoren suggereren dat waar Satan naar de aarde wordt geworpen, dit overeen komt met Lukas 10:18, waar Yeshua de satan uit de hemel zag vallen als een bliksemschicht.

Luqa (Lukas) 10:18
“Hij zei tegen hen: Ik zag de satan als een bliksem uit de hemel vallen.”

Romeinse autoriteiten hebben geprobeerd om iedereen die zich aan de Schrift bleef houden, in plaats van aan de pauselijke dictaten, te vervolgen. Echter doordat het Romeinse rijk zich bleef uitbreiden naar buiten met de vleugels van een grote arend (uit de Romeinse oorlogsmachine), waren zij die aan de rand zaten beter in staat om aan de pauselijke onderdrukking te ontsnappen. En zo zaten degenen die de Schrift bleven volgen 1260 jaar aan de rand, tot de tijd, tijden en een halve tijd van onderdrukking voorbij waren.

Hitgalut (Openbaring) 12:13-17
“En zodra de draak zag dat hij op de aarde was neergeworpen, ging hij de vrouw vervolgen die het mannelijke Kind gebaard had. En aan de vrouw werden twee vleugels van een grote arend gegeven, opdat zij naar de woestijn zou vliegen, naar haar plaats, waar zij gevoed wordt, een tijd en tijden en een halve tijd, buiten het gezicht van de slang. En de slang spuwde uit zijn bek water als een rivier, de vrouw achterna, om haar door de rivier te laten meesleuren. Maar de aarde kwam de vrouw te hulp, en de aarde opende haar mond en verzwolg de rivier die de draak uit zijn bek had gespuwd. En de draak werd boos op de vrouw, en ging heen om oorlog te voeren tegen de overigen van haar nageslacht, die de geboden van Elohim in acht nemen en het getuigenis van Yeshua HaMashiach Christus hebben.”

De Geest wordt soms vergeleken met water, en dus, als de draak haar vloed uitspuwt om de vrouw te vernietigen, kunnen we dit zien als Rome dat haar valse pauselijke doctrines uitspuwt, en als de vervolgingen van de vele inquisities. Maar ondanks dat hielp de aarde de vrouw, en omdat ze op een afstand van Rome zat, “verzwolg de aarde de vloed van slecht water (valse geest).

Hoewel de vrouw in staat was om aan de vloed van kwade (valse) leer te ontsnappen tijdens de 1260 jaren van onderdrukking, en hoewel de protestantse Reformatie haar bevrijdde om het haar mogelijk te maken de Bijbel voor zichzelf te lezen, sloeg de draak van Rome terug met de Jezuïetenorde en de contrareformatie, die er beiden naar streven het volk van JHWH te vernietigen, zelfs tot op de dag van vandaag. De draak streeft er nog steeds naar de vrouw en haar nakomelingen te doden, zowel zij die de geboden van JHWH houden als ook die welke het getuigenis van Yeshua de Messias uitdragen – en het volk voelt dit. Dit helpt te verklaren waarom zo veel mensen zijn verhuisd (en nog steeds verplaatsen) naar de periferie van de samenleving in deze eindtijd: om zich te distantiëren van Rome, en van de centra van Romeinse stijl politieke macht. Fysieke scheiding heeft Israël geholpen om te overleven in het verleden, en het zal waarschijnlijk ook in de toekomst helpen om te overleven, als dat Zijn wil is.